Wederverkopers internetdiensten

Wederverkopers internetdiensten

De ALV der Jonge Democraten, bijeen te Venlo op 4 en 5 februari 2017,

constaterende dat

  • Er op 1 oktober 2016 een aanpassing geweest is aan de Telecomwet artikel 7.2a, lid 3 en lid 4, met betrekking tot zakelijke internetdiensten;
    Zakelijke eindklanten van internetdiensten sindsdien kosteloos op kunnen zeggen na het verstrijken van hun contracttermijn;
    Wederverkopers wél met opzegkosten belast worden door netbeheerders;
    Netbeheerders zelf vaak concurreren met de wederverkopers.

overwegende dat

  • Deze wetswijziging bedoeld is om eindgebruikers niet te benadelen bij het overstappen naar een andere leverancier voor internetdiensten;
    In de wet juist regels zijn opgenomen om bedrijven met een monopoliepositie hun netwerk tegen een redelijk tarief open te stellen voor wederverkopers;
    Wederverkopers bovenop de vastrechtkosten van de netwerkbeheerder ook opdraaien voor de opzegkosten. Dit leidt tot een verslechterde concurrentiepositie.

spreekt uit dat

  • De Jonge Democraten vinden dat wederverkopers van internetdiensten een gelijkwaardige concurrentiepositie moeten hebben aan netbeheerders met een monopoliepositie.

en gaat over tot de orde van de dag.

Toelichting:

Netbeheerders zijn eigenaren van fysieke infrastructuren zoals water, gas en internet. Netbeheerders zijn soms verplicht hun infrastructuur open te stellen voor andere leveranciers (wederverkopers).
Wederverkopers betalen vastrechtkosten voor gebruik en onderhoud van fysieke infrastructuren. Vastrechtkosten zijn soms gereguleerd door de overheid omdat een netbeheerder een monopoliepositie geniet. Zonder regulering is dan geen sprake van eerlijke concurrentie. Deze motie betreft de infrastructuur voor internet, waar sprake is van een monopolie op koperverbindingen.
Omdat wederverkopers bovenop de vastrechtkosten óók met opzegkosten belast worden, verslechtert hun concurrentiepositie. Dit is onredelijk omdat de vastrechtkosten door de overheid zijn bepaald om tenminste winstgevend te zijn.