CO2-heffing
De ALV van de JD, bijeen te Amsterdam op 15-16 juni 2019,
constaterende dat
- Nederland zich heeft gecommitteerd aan het akkoord van Parijs;
- De Nederlandse industrie verantwoordelijk is voor circa 1/3e van de nationale uitstoot;
- De vruchten voortvloeiende uit vervuilende productie door de industrie worden geplukt;
- De lasten van uitstoot gedragen worden door derden;
overwegende dat
- Het beprijzen van kosten die door derden gedragen worden zowel rechtvaardig als economisch efficiënt is;
- Een CO2-heffing de concurrentiepositie niet hoeft te schaden indien de gemiddelde belastingdruk initieel gelijk blijft;
- Een uniforme CO2-heffing de meest innovatieve en schone ondernemers beloont;
- Nederland als aanjager in de EU en de wereld kan fungeren;
spreekt uit dat
- Bij het uitblijven van Europese maatregelen op korte termijn, Nederland een CO2-heffing moet invoeren die gelijk is voor alle sectoren.
- De invoering van de CO2-heffing gepaard dient te gaan met een verlaging van overige belastingen, waardoor de gemiddelde belastingdruk initieel gelijk blijft.
en gaat over tot de orde van de dag.
Toelichting:
Vrijwel elke econoom vindt dat een CO2-heffing de meest efficiënte manier is om recht te doen aan het vervuiler-betaalt-principe en CO2-uitstoot te verminderen. Bedrijven kiezen zo voor schonere productie en krijgen een prikkel om te innoveren. Door deze uniform over alle sectoren in te voeren, krijgen zo veel mogelijk bedrijven die positieve prikkels.