Zaterdag 19 november hield Kalle een speech op het D66 congres. Wil je de speech nalezen? Hier vind je de volledige tekst:
Lieve Jonge en Oude Democraten,
Wat is het een eer om jullie toe te mogen spreken namens de Jonge Democraten. Het is ook wel een beetje onwennig. Zo heb ik hier bijvoorbeeld kaartjes in mijn hand met daarop precies wat ik moet zeggen, en ik moet me er ook aan houden anders wordt mijn woordvoerder zenuwachtig.
Ik heb deze speech ook een paar keer geoefend, voor de spiegel; voor mijn vriend. En dat vond hij o zo leuk: hij heeft namelijk helemaal niks met politiek, dus hij is wat dat betreft even het slachtoffer geworden van mijn perfectionisme. Want ik wilde deze speech goed neerzetten.
Want ik voel een enorme verantwoordelijkheid. Hier, voor jullie. Een verantwoordelijkheid om te spreken namens de bijna vierduizend Jonge Democraten die lid zijn van onze jongerenorganisatie. Maar ook namens alle jongeren die op D66 hebben gestemd. Jongeren die ontzettend trots zijn dat we verantwoordelijkheid willen nemen als partij; maar die zich tegelijkertijd zorgen maken over hun toekomst.
Dat is pijnlijk; want jongeren hebben de toekomst, wordt zo vaak gezegd. Maar steeds meer jongeren vragen zich af: héb ik nog wel een toekomst? Ben ik nog wel vrij om te kiezen voor míjn toekomst? En ook ik vraag me steeds vaker af of ik eigenlijk zelf wel vrij ben om te kiezen voor mijn toekomst. En die vraag stel ik ook steeds vaker aan de mensen met wie ik aan tafel zit.
Het antwoord dat wij als jongeren van de politiek krijgen is dat er al heel veel gedaan wordt voor jongeren; en dat dat verhaal beter aan het licht moet komen. Als ik dat hoor, denk ik vaak terug aan Hans van Mierlo, die zei “ik moet proberen het goed te vertellen.”
Wij kunnen ons ook wel deels vinden in die reactie, want wij zien ook dat er eindelijk een draai begint te komen in de behandeling van jongeren; kijk naar de terugkeer van de basisbeurs, met een verruimde aanvullende beurs zodat veel meer jongeren een gelijke kans hebben om te kunnen studeren. Maar toch blijven er vragen steken. Terechte vragen over onze toekomst. De politiek is er om keuzes te maken, en die aan ons uit te leggen. Er is toch ook niemand die naar een dokter gaat om te horen “we doen al genoeg, gaat u zich nu maar gewoon beter voelen.” De stekende vraag blijft: zijn wij straks nog wel vrij om te kiezen voor onze toekomst?
Want ben je wel echt vrij om te kiezen voor je toekomst als je met een enorme studieschuld zit? Als er een stikstof- en klimaatcrisis speelt die zijn weerga niet kent en onze toekomst bedreigt? Als je tot overmaat van ramp geen betaalbare woning kan krijgen? Veel jongeren worden hier angstig, pessimistisch en ongeduldig van, en om eerlijk te zijn: ik ook. We weten dat er veel gedaan wordt, maar tegelijkertijd spreken we steeds meer jongeren die zich afvragen of zij het zich nog wel kunnen veroorloven om te studeren, of zij in de toekomst nog wel een huis hebben om in te wonen of überhaupt een land om in te leven? En zeg nou zelf, ben je met zoveel zorgen écht vrij om te kiezen voor jouw toekomst?
Het aangekondigde pakket van onze Minister van Onderwijs is een mooi begin; 500 miljoen voor studenten, maar er is veel meer nodig om de schade van tientallen jaren beleid te herstellen. Wij willen de minister dan ook uitdagen om de aangekondigde rente op de stúdieschuld ‘niet heilig’ te verklaren, of om ten minste het geld wat met de rente wordt binnengehaald te investeren in studenten, zodat de steun die er nu is niet een sigaar uit eigen doos wordt.
Ik wil straks met mijn vriend gaan samenwonen in een eigen huis. Het liefst een huis in Amsterdam, en als ik dan toch aan het dromen ben, willen we ook trouwen op een tropisch eiland, maar dat ga ik niet van jullie vragen. Maar de realiteit is dat het huis in Amsterdam waarschijnlijk niet kan. Omdat er geen huizen zijn gebouwd; en als die al gebouwd zijn, kunnen wij ze niet betalen. En dit geldt voor veel meer van mijn generatiegenoten. Daarom dagen wij, Jonge Democraten, jullie, de oude democraten, uit. Wij dagen jullie uit om je samen met ons nog harder in te zetten voor een goede start voor jongeren. Want wij betalen nu de prijs voor de problemen die te lang op de lange baan zijn geschoven. Of dat nou gaat om stikstof of ons pensioenstelsel. Durven jullie die uitdaging aan?
Want wij wel. Onze generatie gaat de uitdaging van het klimaatprobleem aan. Onze generatie ging de uitdaging van de pandemie aan en sloot zich twee jaar op om onze dierbaren te beschermen, terwijl we er zelf ondertussen mentaal aan onderdoor gingen. Onze generatie gaat de uitdaging aan voor wereldwijde mensenrechten. En op een dag zullen wij de uitdaging aan moeten gaan om te zorgen voor een vergrijsd Nederland. Laten we er daarom samen voor zorgen dat mijn generatie goed van start kan. Zonder torenhoge schulden en zorgen. Laat ons niet vallen.
Want het zijn vooral jongeren die hun hoop, dromen en aspiraties op D66 gevestigd hebben. Wij moeten het beter doen. Wij jongeren hebben geen vermogen, we hebben een schuld. En we hebben geen huis, maar wel een stem. En die stem ging naar D66. En als we samen de schouders er nu niet onder zetten, gaat die stem een volgende keer misschien ergens anders naartoe. Laat ons als Jonge Democraten jullie daarom helpen. zodat wij de partij kunnen blijven die de revolutie maakt voordat hij uitbreekt… Dé onderwijspartij die de toekomst van Nederland is. Die de kiezer terugwint die de hoop was verloren.
Ik geloof dat we dat kunnen als D66. Dat wij die toekomstvisie waar kunnen maken. Mijn rol is daarin een aanjager te zijn. Samen met nog vierduizend Jonge Democraten. En dat aanjagen kunnen we het best vanaf een stoel aan tafel: ik ben dan ook super trots dat in 10 provincies er een Jonge Democraat in de top 10 staat voor D66. En door onze goede samenwerking met lijsttrekker Paul van Meenen hebben we straks hopelijk zelfs een Jonge Democraat in de Senaat! Mijn doel is daarom vandaag ook niet om mijn partijgenoten tegen de haren in te strijken. Mijn doel is om jullie de hand te bieden.
Want dit is mijn partij. Het is de partij van het homohuwelijk. De partij die strijd voor een beter klimaat. De partij die strijd voor beter onderwijs. Voor een eerlijkere, groenere en duurzame economie. Voor vrede en internationale samenwerking. En dat betekend veel voor mij, en veel voor andere jongeren.
Ik vind het de normaalste zaak van de wereld dat ik straks kan trouwen met de man van wie ik houd; en dat kan dankzij onze partij. Want wij zijn de partij die het homohuwelijk heeft gerealiseerd, en die nu strijd voor de mensenrechten van transgenderpersonen. Wij zijn de partij die keihard knokt om de stikstof crisis op te lossen en betaalbaar wonen weer mogelijk maken. De partij die staat voor de rechtsstaat en mensenrechten. En ik geloof dat wij de toekomst hebben.
Een toekomst waarin ik met mijn vriend over een strand kan wandelen dat niet opgeslokt is door de stijging van de zeespiegel. Een toekomst met een eigen huis dat van mij en mijn vriend is. In een Nederland waarin ik geen stenen meer naar mijn hoofd krijg voor wie ik ben. Een Nederland waarin scholen veilig zijn voor LHBTIQ+’ers, en niemand uit de kast gedwongen wordt. En daarvoor hebben we D66 nodig in de regering. Om te waken voor onze mensenrechten, het klimaat en het onderwijs.
Met het pensioenakkoord zetten we de eerste stap om te voorkomen dat de pensioenpot op is voordat onze generatie met pensioen gaat, door het stelsel om te buigen naar een Nederland waarin werken loont. Een toekomstbestendig Nederland, dat al in 2040 volledig gestopt is met het uitstoten van CO2. Waarin geluidsoverlast van vliegvelden verdwijnt omdat we vaker de trein nemen, en onze vliegtuigen stil en schoon zijn. Een Nederland waarin we eindelijk gewoon doén. Waarin we gewoon mensen compenseren als de overheid een fout maakt.
Een Nederland waarin werken weer meer loont dan bezit. Waarin de uitkeringen worden vervangen door een basisinkomen, en de belasting op arbeid naar beneden gaat. Waarin een huis huren of kopen een keuze is. Zodat iedereen vrij is om te kiezen voor de toekomst.
Lieve Democraten; laat ik afsluiten zoals ik begon. We hebben een verantwoordelijkheid. Laten we die pakken en samen werken aan een progressiever, liberaler en vrijer Nederland. De uitdagingen die er liggen zijn groot, maar wij gaan ze graag samen aan. Jullie ook?