Vrijheid van onderwijs
De ALV van de JD, bijeen te Maastricht op 10-11 juli 2021
Constaterende dat
- Er bijzonder onderwijsinstellingen zijn die LHBTI leerlingen discrimineren door hen op gesprek te laten komen vanwege hun seksuele geaardheid;
- Er bijzonder onderwijsinstellingen zijn die ouders bij voorbaat verklaringen laten ondertekenen waarin zij hun LHBTI-kinderen afwijzen;
- Er bijzonder onderwijsinstellingen zijn die LHBTI leerlingen zelfs opsluiten en dwingen uit de kast te komen naar hun ouders;
- Er bijzonder onderwijsinstellingen zijn die dit beleid rechtvaardigen met een beroep op artikel 23
van de Grondwet;
Overwegende dat:
- Iedere leerling, ongeacht seksuele geaardheid, gender of andere kenmerken, recht heeft op een veilige leeromgeving;
- Bijzonder onderwijsinstellingen met geconstateerd beleid een zeer onveilige leeromgeving voor hun LHBTI-leerlingen creëren;
- De vrijheid van onderwijs het waard is te beschermen, maar geenszins een rechtvaardiging voor discriminatie mag vormen;
Spreekt uit dat:
- De vrijheid van onderwijs zoals geregeld in artikel 23 van de Grondwet dusdanig hervormd moet worden, dan wel aangevuld moet worden met een aparte wet, totdat expliciet omschreven staat dat discriminatie van leerlingen op welke grond dan ook, en in het bijzonder op grond van seksuele geaardheid, niet toegestaan is in het bijzonder en openbaar onderwijs.