Justitie & Veiligheid
Een sociaal-liberale en democratische rechtsstaat, waarin gescheiden machten en mensenrechten centraal staan, vormt voor de Jonge Democraten een voorwaarde om een veilige en zo vrij mogelijke samenleving te garanderen. Daar waar vrijheid en veiligheid met elkaar botsen, moet een afweging worden gemaakt tussen deze twee belangen. Individuele fundamentele vrijheden en rechten moeten daarbij zo min mogelijk worden ingeperkt: jouw vrijheid eindigt waar die van een ander begint. Tegelijkertijd dient de overheid zorg te dragen voor een veilige samenleving, waarin vrijheid, lijf en goed worden beschermd tegen hen die hieraan schade willen toebrengen. Burgers moeten niet alleen beschermd worden tegen hun medeburgers, maar ook tegen de overheid zelf. De overheid moet zich dan ook houden aan regels die zij zelf heeft vastgesteld en deze regels dienen voor alle burgers gelijk te zijn. Criminaliteit staat vaak niet op zichzelf en moet daarom bekeken worden binnen de context waarin zij plaatsvindt. Pas wanneer een zo volledig mogelijk beeld bestaat van criminaliteit, kan effectief gewerkt worden aan preventie, opsporing en sanctionering. Mede omdat het strafrecht een beperkt werkingskader heeft en niet alle maatschappelijke problemen kan oplossen, dient criminaliteit integraal te worden aangepakt, waarbij leedtoevoeging niet het hoofddoel dient te zijn. Ook vanwege de grote gevolgen die een strafrechtelijke procedure met zich meebrengt, dienen maatschappelijke problemen zoveel mogelijk buiten het strafrecht te worden opgelost. De Jonge Democraten pleiten voor inzet op preventie van criminaliteit, bijvoorbeeld door het vroegtijdig opsporen van (jeugd)problematiek door gebruik te maken van wijkagenten. Omdat problematiek die aan Justitie en Veiligheid raakt zich niet alleen voordoet binnen de landsgrenzen, maar onder meer door digitalisering ook binnen een internationale context, hechten de Jonge Democraten waarde aan investeringen in internationale samenwerking en het bestrijden van digitale criminaliteit. Bij het verzamelen van (digitale) gegevens dienen nadrukkelijk wel de privacy en grondrechten van burgers in acht te worden genomen.
9.1 Politie en justitie
9.1.1 Inrichting van het justitieel apparaat.
De Jonge Democraten vinden dat politie en justitie een afspiegeling dienen te zijn van de samenleving en zijn dan ook voorstander van het stimuleren van diversiteit en het verminderen van discriminatie binnen deze organisaties. Etnisch profileren leidt tot stigmatisering, ongelijke behandeling en schending van individuele rechten. Het ondermijnt vertrouwen van burgers in de overheid en leidt tot verdeeldheid. Het waarborgen van gelijke rechten en kansen voor iedereen, is essentieel voor een inclusieve en rechtvaardige samenleving. Etnisch profileren moet dan ook actief worden uitgeband. Enerzijds door het bieden van een duidelijk wettelijk kader waarin etnisch profileren wordt verboden en anderzijds door het bieden van meer trainingen en voorlichtingen binnen overheidsorganisaties, om zo meer bewustzijn te creëren voor mogelijke vooroordelen en discriminatie. Daarnaast dient er geïnvesteerd te worden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit, waarbij dit zoveel mogelijk vanuit centraal niveau wordt uitgevoerd. Hierbij dient oog en financiering te bestaan voor beveiliging van hen die een vermeerderd risico lopen, zoals slachtoffers, (kroon)getuigen, rechters, advocaten en medewerkers van politie en justitie. Voor de positie van slachtoffers dient voldoende aandacht te bestaan, zo dient oog te zijn voor de emotionele en praktische gevolgen van een misdrijf, bijvoorbeeld door verbeteringen in de nazorg voor slachtoffers. Er dient daarnaast ingezet te worden op het opbouwen van vertrouwen tussen burger en politie, daarom zijn de Jonge Democraten voorstander van de inzet van meer wijkagenten en verbeterde samenwerking tussen de politie en lokale organisaties.
9.1.2 Integrale aanpak
De Jonge Democraten onderschrijven dat enkel het strafrecht veelal geen oplossing is voor maatschappelijke problemen. Zo dient onder meer te worden ingezet op het voorkomen van criminaliteit. Om dit te kunnen realiseren is een integrale aanpak vereist. Zo is in het bijzonder aandacht nodig voor jeugdcriminaliteit. Bijvoorbeeld door het bieden van goede begeleiding en ondersteuning aan jongeren die dreigen af te glijden in criminaliteit. Investeren in wijkagenten die goede banden onderhouden met de omgeving kan hierbij eveneens dienstbaar zijn. Een strafzaak is vanuit het slachtoffer vaak niet afgelopen na een eventuele berechting. Er moet dan ook oog voor de belangen van het slachtoffer bestaan in verschillende vormen van slachtofferhulp, zoals het bieden van mogelijkheden om op verzoek met de dader in gesprek te gaan. Voor een integrale aanpak van criminaliteit is samenwerking tussen verschillende instanties zoals politie, justitie, gemeenten en maatschappelijke organisaties van belang. Zowel om sneller criminele signalen te kunnen oppikken, als vanuit het oogpunt van preventie. Ook dient grensoverschrijdende criminaliteit effectiever te worden aangepakt door meer samenwerking tussen landen en internationale organisaties. De Jonge Democraten zijn daarom voorstander van het opzetten van gezamenlijke opsporingsonderzoeken, het uitwisselen van informatie en het harmoniseren van wet- en regelgeving.
9.1.3 Digitalisering
Digitale veiligheid verdient extra aandacht in onze moderne samenleving. De hedendaagse ontwikkelingen vragen meer digitale weerbaarheid op zowel individueel als collectief niveau. De Jonge Democraten zijn dan ook voor het geven van voorlichtingen en trainingen aan particulieren op het gebied van digitale beveiliging en het extra investeren in digitale beveiliging. Ook moet meer aandacht komen voor de opsporing en vervolging van digitale criminaliteit. Zo wordt gepleit voor het vergroten van de capaciteit van politie en justitie op het gebied van cybercrime en het stimuleren van internationale samenwerking om cybercrime ook grensoverschrijdend te kunnen aanpakken.
9.2 Wetgevende en rechtsprekende macht
9.2.1 Trias Politica
De Jonge Democraten onderschrijven dat de scheiding der machten tussen de wetgevende, rechtsprekende en uitvoerende macht een essentiële rol speelt in onze rechtsstaat. Het is van belang dat deze machten elkaar controleren maar wel onafhankelijk van elkaar opereren. Zo is het ongewenst dat politici zich in vergaande mate mengen in de rechtspraak en is het de rol van het parlement om een volwaardige functie als controleur van de regering te bekleden. In een gezonde rechtsstaat hebben de drie machten allen een eigen volwaardige taak en bestaat er geen hiërarchie tussen deze machten.
9.2.2 Wetgevende macht
De Jonge Democraten hechten grote waarde aan een democratisch tot stand gekomen wetgevende macht. In onze opvatting betekent een democratie niet enkel de stem van de meerderheid, maar dient er altijd een zekere mate van bescherming te worden geboden aan minderheden. De wetgevende macht dient een vertegenwoordiging van de maatschappij te zijn, diversiteit moet dan ook worden aangemoedigd. De Jonge Democraten zien het als onwenselijk dat politici soms besluiten nemen die niet het algemeen belang dienen. Het aanscherpen van regels omtrent lobbyen wordt dan ook als noodzakelijk gezien. Daarnaast wordt gepleit voor transparantie omtrent de financiering van politieke partijen en verkiezingscampagnes. Als Jonge Democraten vinden we het wenselijk dat het parlement in staat wordt gesteld om haar controlerende taak uit te voeren, elke macht heeft immers een tegenmacht nodig. Alhoewel het belang van een stabiele coalitie wordt onderkend, moet het parlement kritisch blijven kijken naar regeringsbeleid. Dit kan worden bereikt door het bieden van meer ondersteuning aan Kamerleden en het oor hebben voor standpunten van de oppositie. Overigens heeft de Eerste Kamer een controlerende rol en moet dan ook voorkomen worden dat zij enkel gebaseerd op politieke overtuigingen voorkomt dat nieuwe regelgeving in werking treedt. Wetgeving dient immers zoveel mogelijk democratisch tot stand te komen. Justitie en Veiligheid raakt aan een veelvoud van onderwerpen. In algemene zin valt hierover te zeggen dat de Jonge Democraten staan voor een progressief wetgevingsbeleid, waarin waarden als rechtvaardigheid en gelijkwaardigheid centraal staan. Voorbeelden zijn het genderneutraal formuleren van wetten en regelgeving, invoering van het juridisch meerouderschap, een Grondwettelijk verbod op discriminatie op grond van handicap of seksuele gerichtheid, een sterke sociale advocatuur, een vooruitstrevend medisch-ethisch beleid en een progressief drugsbeleid.
9.2.3 Rechtsprekende macht
De Jonge Democraten vinden dat de rechterlijke macht een belangrijke rol speelt in het bewaken van de rechtsstaat en het beschermen van individuele rechten en vrijheden. Het is daarom van groot belang dat rechters in alle onafhankelijkheid en zonder vrees voor repercussies hun werk kunnen doen. Dit betekent dat rechters vrij moeten zijn van politieke druk, inmenging van andere machten en belangenconflicten. Het is onwenselijk dat rechters worden beperkt in hun vrijheid om zelfstandig bepaalde straffen of maatregelen te kunnen kiezen. De toenemende werkdruk van rechters en achterstand in het aantal zaken moet zeer serieus worden genomen. Het investeren in de rechtspraak om meer rechters aan te trekken en waar mogelijk te digitaliseren, zoals de zaken online afdoen en communicatie via de digitale weg laten plaatsvinden, draagt bij aan een oplossing voor dit probleem. Daarnaast moet rechtspraak toegankelijk zijn voor eenieder. De Jonge Democraten moedigen pilots waarbij op andere manieren contact wordt gezocht met partijen, zoals door middel van appcontact of vereenvoudigd taalgebruik, dan ook aan.
9.3 Sancties
9.3.1 Inzet van het strafrecht
Het strafrecht moet worden ingezet als laatste redmiddel om ongewenst gedrag aan te pakken in de maatschappij. Het strafrecht kan immers grote gevolgen hebben voor individuen. Daarom moet het duidelijk zijn voor burgers wanneer zij een overtreding begaan en wat hier de gevolgen van zijn. Zo moeten de gevolgen van justitiële documentatie en de mogelijkheid tot inzage in de eigen documentatie door de overheid worden gewaarborgd. Het verhogen van de strafmaat moet niet lichtzinnig worden gedaan, de Jonge Democraten vinden het belangrijk dat eerst aantoonbaar wordt gemaakt dat het verhogen van een straf leidt tot enige verbeteringen, alvorens tot deze verhoging wordt overgegaan. Het onderzoeken van de uitwerking van strafrechtelijke maatregelen wordt dan ook gestimuleerd. De rechter dient bij het opleggen van straffen voldoende vrijheid te hebben om daarin zelf een afweging te maken, de Jonge Democraten zijn dan ook tegen de tendens om deze ruimte van de rechter in te perken.
9.3.2 Rechten van verdachten
Een eerlijk proces is een belangrijke pijler in onze rechtstaat. Te allen tijde moet dan ook worden voorkomen dat een verdachte in vergaande mate onder druk wordt gezet, bijvoorbeeld door het afdwingen van een verklaring of door foltering. Een verdachte mag nooit worden gedwongen mee te werken aan zijn eigen veroordeling en het uitgangspunt is dat een verdachte onschuldig is totdat het tegendeel wordt bewezen. Een voorbarig ‘trial by media’, waarin een verdachte vóór een rechterlijke uitspraak wordt neergezet als dader, keuren de Jonge Democraten dan ook af. Bij het opleggen van een straf dient een rechter onder meer oog te houden voor de omstandigheden van de dader. Bijvoorbeeld door rekening te houden met de strafmaat als een verdachte geen strafblad heeft of het opleggen van een maatregel of taakstraf als een gevangenisstraf onevenredige gevolgen zou hebben voor een verdachte. De schrijnende gevallen dat een veroordeelde door een opgelegde straf uiteindelijk nog verder van de maatschappij af komt te staan door het dakloos worden, het belanden in de schuldsanering of het kwijtraken van werk, moet zoveel mogelijk voorkomen worden.
9.3.3 Positie van het slachtoffer
In het strafproces moet zoveel mogelijk rekening worden gehouden met de positie van het slachtoffer. Zo moedigen de Jonge Democraten aan dat het Openbaar Ministerie en de rechtspraak openstaan voor het afdoen van een strafzaak op alternatieve wijze als dit de belangen van het slachtoffer en de dader dient, hierbij valt te denken aan mediation. Het OM blijft echter zelf bepalen of vervolging wenselijk is en de rechter doet uiteindelijk uitspraak over de strafmaat. De Jonge Democraten zijn dan ook geen voorstander van een toekomst waarin het slachtoffer als derde procespartij optreedt. Wel staan de Jonge Democraten positief tegenover spreekrecht van het slachtoffer en het op verzoek voeren van gesprekken tussen slachtoffer en verdachte.
9.3.4 Tenuitvoerlegging van sancties
De Jonge Democraten pleiten dat ervoor gewaakt moet worden dat een overtreder te veel wordt gestraft. Zo bestaat de mogelijkheid om bestuurlijke maatregelen, zoals een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang, tegelijkertijd met een strafrechtelijke boete en/of gevangenisstraf op te leggen. Alhoewel dit juridisch stand houdt, moet voorkomen worden dat de juridische werkelijkheid te veel van de feitelijke werkelijkheid af komt te staan. Straffen dient daarnaast op een menselijke manier te gebeuren, waarbij ook oog bestaat voor de belangen van de overtreder. Zo dient een burger die bijvoorbeeld niet in staat is een boete te betalen, de mogelijkheid te worden geboden om dit in termijnen te betalen. De ontwikkeling dat gemeenten boetes en schulden van individuele schuldeisers van hun inwoners overnemen en zelf optreden als schuldeiser moedigen de Jonge Democraten aan. Zo kan immers voorkomen worden dat burgers nog verder in de problemen dreigen te komen. Ook gevangenen en Tbs’ers dienen een menswaardig bestaan te hebben met uitzicht en hoop op mogelijke vrijlating. De Jonge Democraten moedigen controle op het werken van het gevangeniswezen aan, om misstanden te voorkomen en aan het licht te brengen.
9.3.5 Re-integratie
Gevangenissen en tbs-klinieken dienen bij te dragen aan re-integratie, bijvoorbeeld door het aanbieden van opleidingen en overige leerprogramma’s. De Jonge Democraten moedigen overgangsprogramma’s, waarbij ex-gedetineerden en ex-tbs’ers na vrijlating afbouwende begeleiding krijgen, aan. Naast het terugdringen van recidive heeft re-integratie zo een functie om perspectief te bieden aan gedetineerden en tbs’ers. De Jonge Democraten verzetten zich tegen stigmatisering en discriminatie van ex-gedetineerden en hechten veel waarde aan het geven van een tweede kans. Zo moet voorkomen worden dat het niet verkrijgen van een VOG of het verschijnen van een gestrafte met naam en toenaam in de media, er onnodig aan in de weg staat dat een gestrafte geen normaal leven meer kan leiden na het uitzitten van diens straf. Re-integratie dient daarnaast te focussen op de preventie van criminaliteit en recidive, bijvoorbeeld door vroegtijdige signalering van problemen bij jongeren en het vervolgens bieden van passende hulpverlening.
9.4 Waarborgen en controle
9.4.1 (Sociale) advocatuur
Iedereen moet in staat worden gesteld om betaalbare rechtsbescherming te krijgen, alleen zo kan een rechtvaardige samenleving worden bereikt. De Jonge Democraten pleiten er dan ook voor dat voldoende financiële middelen beschikbaar worden gesteld voor de sociale advocatuur, zodat ook mensen met een lager inkomen toegang hebben tot juridische bijstand. De Jonge Democraten staan voor behoud van het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand en achten het wenselijk dat bewerkstelligd wordt dat ook mensen met een kleinere portemonnee juridisch advies en bijstand kunnen krijgen. Zo moedigen de Jonge Democraten de werkzaamheden van juridische loketten en rechtswinkels, waar laagdrempelig juridisch advies kan worden gevraagd, aan. De realiteit is echter dat sommige zaken te gecompliceerd zijn of dat een advocaat noodzakelijk is. Gesubsidieerde tarieven voor sociale advocaten en realistischere vergoedingen voor de sociale advocaten zelf worden dan eveneens bepleit.
9.4.2 Onafhankelijke journalistiek en bescherming klokkenluiders
Persvrijheid en onafhankelijke journalistiek zijn van groot belang in een democratie. De Jonge Democraten vinden dan ook dat journalisten zo vrij als mogelijk moeten kunnen berichten zonder beïnvloeding of beperkingen door de overheid, mits binnen de spelregels van democratie. De overheid dient daarnaast zorg te dragen voor een veilig klimaat waarin journalisten hun werk kunnen doen. De Jonge Democraten zijn voorstander van beschermingsmogelijkheden voor klokkenluiders. Zowel ten aanzien van fysieke bescherming, alsmede juridische bescherming, waarbij valt de denken aan de onmogelijkheid om een klokkenluider vanwege diens mededeling te ontslaan.
9.4.3 Grond- en mensenrechten
De overheid dient zich bij al haar handelen te bewegen binnen de ruimte die grond- en mensenrechten daartoe geven en oog te houden voor een menselijke maat. De huidige toetsing van voorgestelde wetgeving aan grond- en mensenrechten door de Raad van State is ontoereikend. De Jonge Democraten pleiten er dan ook voor dat niet enkel toetsing van de eerste versie van een wettekst plaatsvindt en dat daarnaast mogelijkheden bestaan om de praktische uitwerking van een wet te voorzien van advies. De (Europese) rechter komt een belangrijke rol toe nu zij de mogelijkheid heeft om nationaal beleid aan Europese grond- en mensenrechten te toetsen, dit moedigen we dan ook toe.
9.5. Asielbeleid
De Jonge Democraten zien dat mensen helaas worden gedwongen hun land te ontvluchten vanwege omstandigheden als oorlog of onterechte vervolging in het land van herkomst. De Jonge Democraten vinden het belangrijk dat deze mensen bescherming krijgen. Onze samenleving dient verantwoordelijkheid te dragen voor de bescherming van deze mensen. De overheid zou niet alleen verantwoordelijkheid moeten nemen voor haar eigen inwoners, maar ook voor vluchtelingen die niet beschermd worden door hun eigen overheid. Er kunnen twee soorten vluchtelingen worden onderscheiden: vluchtelingen zoals aangemerkt in het VN Vluchtelingenverdrag (1951) en vluchtelingen die, bijvoorbeeld op basis van het Europees recht, als dusdanig worden aangemerkt. Dit onderscheid zou volgens de Jonge Democraten niet van invloed moeten zijn op de opvang en de rechten die zij hebben. Zij dienen op dezelfde bescherming te kunnen rekenen. Om deze bescherming te garanderen dient alle asielwet- en regelgeving op Europees niveau vastgesteld te worden. Op deze manier kan Europa als eenheid optreden om te zorgen voor een uniform humaan asielbeleid, waarbij de financiële lasten en het aantal asielzoekers binnen Europa eerlijk worden verdeeld.
9.5.1. Internationale samenwerking
De Jonge Democraten stellen een beleid voor waarbij niet alleen gekeken wordt naar de omgang met asielzoekers wanneer zij daadwerkelijk gevlucht zijn, maar ook naar de oorzaak van hun vlucht. Op zowel Europees als internationaal niveau is samenwerking op het gebied van conflictmanagement noodzakelijk om te zorgen voor stabiliteit en vrede in conflictgebieden. De Europese Unie dient hiervoor zoveel mogelijk samen te werken met landen in de regio’s van waaruit mensen vluchten.
9.5.2. Investeren in de regio’s
De meeste vluchtelingen vluchten naar landen in de directe omgeving van het land van herkomst. Niet alleen is dit een logistieke keuze, maar ook de integratiekansen zijn hier groter. Deze landen kunnen de grote stromen vluchtelingen niet altijd aan. De Jonge Democraten vinden dat er dient te worden geïnvesteerd in opvang in deze regio’s. Vluchtelingen verblijven soms jaren in vluchtelingenkampen. Hun veiligheid moet daar worden gegarandeerd. Om verloren generaties te voorkomen is onderwijs voor kinderen in opvangkampen van essentieel belang. Vluchtelingenkampen dienen een plek te zijn waar mensen zichzelf kunnen ontwikkelen en ontplooien, trauma’s verwerkt kunnen worden en toekomstperspectieven ontstaan. Zo vergroten ze hun kansen op een waardige toekomst.
9.5.3. Grensbewaking
De Jonge Democraten vinden dat grensbewaking noodzakelijkheid is in een soevereine Europese Unie. Echter, het mag niet zo zijn dat grensbewaking mensen verhindert om asiel aan te kunnen vragen. Europa moet erop toezien dat er geen misstanden plaatsvinden aan de grens en dat mensenrechten worden nageleefd. Daarnaast is er niet alleen de verantwoordelijkheid om grenzen te bewaken, maar ook de verantwoordelijkheid om mensen aan de Europese grenzen hulp te bieden. Hiertoe is het van belang dat door middel van Frontex Europese reddingsoperaties en patrouilles op zee worden ingericht. Zo wordt voorkomen dat landen de verantwoordelijkheid voor vluchtelingen op elkaar kunnen afschuiven. Het is van essentieel belang dat er intensief wordt samengewerkt met grensbewaking van landen aan de Europese grenzen. Hierbij kan worden gedacht aan coördinatie, informatie-uitwisseling, en het maken van afspraken omtrent het leiden, beperken en voorkomen van migratiestromen.
9.5.4. Legale binnenkomst
Vluchtelingen hebben het recht om asiel aan te vragen in Europa, maar tegelijkertijd is er geen legale en veilige manier voor hen om Europa te bereiken. De Jonge Democraten vinden dat de Europese Unie alleen een strikt beleid mag voeren ten aanzien van de bewaking van haar grenzen als er ook een alternatief wordt geboden voor illegale migratie. Vluchtelingen moeten al in het land van herkomst of in de regio hun asielprocedure kunnen doorlopen bij een Europees asielkantoor. Wanneer hun aanvraag wordt toegekend wordt voor hen de reis naar Europa geregeld. Zo wordt voorkomen dat asielzoekers hun leven riskeren in gammele bootjes en kan mensensmokkel worden teruggedrongen.
9.5.5. Europese asielaanvraag
De Jonge Democraten erkennen dat vergaande integratie en harmonisatie binnen de Europese Unie een vereiste is voor een Europees asielbeleid. Ervan uitgaande dat Europa steeds verder integreert vinden de Jonge Democraten dat asielbeleid het beste op Europees niveau geregeld kan worden. Volgens dit beleid vragen asielzoekers Europees asiel aan in plaats van nationaal asiel. Dit kan, naast de Europese asielkantoren gevestigd buiten Europa, ook bij een van de Europese asielloketten gevestigd in de lidstaten. In afwachting van de beoordeling van de aanvraag verblijft de vluchteling in een van de Europese asielzoekerscentra. Dit is niet noodzakelijk het land van binnenkomst. De kwaliteit in alle centra dient uniform te zijn. Asielzoekers hebben in elke lidstaat gedurende en na de procedure dezelfde rechten qua opvang, scholing, ontwikkeling en arbeidsoriëntatie.
9.5.6. Europese Asieldienst
Na een zo kort mogelijke procedure waarbij onderzoek wordt gedaan naar de omstandigheden van de vluchteling en de situatie in het land van herkomst, volgt er een Europese beslissing. Deze wordt genomen door een op te richten Europees bestuursorgaan: de Europese Asieldienst. Dit orgaan is belast met het uitvoeren van het Europese asielbeleid en valt onder directe verantwoordelijkheid van de Eurocommissaris voor Migratie, die verantwoording aflegt aan het Europees Parlement. Beslissingen van de Europese Asieldienst worden getoetst aan Europese regelgeving door nationale rechters in het land waar de procedure is gevolgd.
9.5.7. Beslissing
Bij de toewijzing van een verblijfsvergunning krijgt de asielzoeker een Europees land toegewezen op basis van draagkracht, capaciteit, aantal asielzoekers per inwoner en de integratiekansen. Wanneer een procedure door het gebruik van rechtsmiddelen onverwijld langer heeft geduurd dan gewoonlijk wordt er zoveel mogelijk naar gestreefd om de asielzoeker toe te wijzen aan het land waar de procedure doorlopen is. Hiermee worden de integratiekansen vergroot.
In het geval van afwijzing van een asielaanvraag kan een asielzoeker de beslissing aanvechten bij de nationale rechter. De rechter toetst hierbij de beslissing van de Europese Asiel Dienst integraal. Deze beslissing mag worden afgewacht in het land waar ook de 93 procedure is doorlopen. Het beroep schorst de uitzetting en de opheffing van het rechtmatige verblijf. Vervolgens staat hoger beroep bij een nieuw op te richten Europees Hof van Asiel, dat uitsluitend belast is met asielzaken. Dit Hof toetst de beslissing van de Europese Asiel Dienst integraal. Wanneer alle rechtsmiddelen zijn uitgeput en er geen sprake is van een inwilliging van het asielverzoek, dient er in overleg met de vreemdeling te worden gekeken naar een spoedige en redelijke wijze van vertrek.
9.5.8. Terugkeer
De Jonge Democraten vinden dat ook uitgeprocedeerde asielzoekers recht hebben op minimale voorzieningen als voedsel, zorg en onderdak. Pas wanneer een afgewezen vluchteling niet bereid is mee te werken aan zijn vertrek mag worden overgegaan tot gedwongen uitzetting. Asielzoekers die niet in een lidstaat mogen blijven dient een realistische termijn van zes tot acht weken te worden geboden om te vertrekken. Het is van belang dat de overheid er rekening mee houdt dat het niet altijd de schuld is van de asielzoeker als terugkeer niet mogelijk is. Afspraken met het land van herkomst over ondersteuning van integratie en gefaseerde terugkeer kunnen terugkeer vergemakkelijken. Voor uitgeprocedeerde asielzoekers wordt er gestreefd naar vrijwillige terugkeer. Uitgeprocedeerde asielzoekers die willen terugkeren maar bij wie dit blijvend onmogelijk is hebben na vijf jaren alsnog recht op een verblijfsvergunning, mits zij voldoende hebben meegewerkt aan hun vertrek. Het hangt van de individuele omstandigheden van de asielzoeker af of er alsnog een verblijfsvergunning wordt verleend.
9.5.9. Gezinshereniging
Wanneer een vluchteling een verblijfsvergunning heeft ontvangen kan hij of zij binnen een termijn van drie maanden een verzoek tot gezinshereniging indienen. In het geval van gezinshereniging hebben de gezinsleden van een vluchteling, die verblijfsrecht heeft verkregen in Europa op asielgronden, een afgeleid verblijfsrecht. In aanmerking voor gezinshereniging komt de meerderjarige echtgeno(o)t(e) of partner van de vluchteling. Daarnaast komen de minderjarige kinderen van de vluchteling en/of zijn echtgeno(o)t(e) of partner in aanmerking voor gezinshereniging, zowel als meerderjarige kinderen indien is aangetoond dat zij afhankelijk zijn van hun ouders. Het is aan de vluchteling om aan te tonen wie tot zijn of haar gezin behoren. De gezinsleden van de aanvrager zullen de behandeling van de aanvraag afwachten in het land van herkomst of in het land waar zij ten tijde van de aanvraag verblijven. Wanneer blijkt dat de aanvraag tot gezinshereniging voldoet aan de eerder besproken eisen zullen de gezinsleden zonder verdere beperkingen in staat zijn om naar Europa te reizen. Eenmaal aangekomen in Europa kunnen zij zich bij hun gezinsleden voegen en zullen zij allen dezelfde rechten hebben.