Onkostenvergoeding Europarlementariërs
De ALV van de JD, bijeen te Amsterdam op 15-16 juni 2019
Constaterende dat:
- Europarlementariërs een bruto jaarsalaris ontvangen van meer dan een ton;
- Zij daarnaast recht hebben op onbelaste onkostenvergoedingen voor algemene kosten (4.513 per maand), reiskosten (max. 371 per maand) en verblijfskosten (max. 960 per maand), wat meer dan de helft van het originele salaris is;
- De onkostenvergoedingen grotendeels zonder een controle van daadwerkelijke kosten worden overgemaakt;
- De onkostenvergoedingen en onderliggende uitgaven van de meeste Europarlementariërs niet openbaar zijn;
Overwegende dat:
- Het onwenselijk is dat zo’n groot deel van het inkomen van Europarlementariërs bestaat uit onbelaste onkostenvergoedingen;
- Het systeem van onkostenvergoedingen zo ingewikkeld is, dat zelfs Europarlementariërs vaak niet begrijpen waar de verschillende potjes voor zijn bedoeld;
- Met het huidige EU-sentiment het niet verstandig is om zo veel ontransparante vergoedingen uit te keren, alleen gebaseerd op vertrouwen;
Spreekt uit dat:
- Het aantal en de grootte van onkostenvergoedingen voor Europarlementariërs dient te worden gereduceerd en gecontroleerd op basis van werkelijke uitgaven;
- Onkostenvergoedingen voor Europarlementariërs transparant dienen te worden gemaakt door het Europees Parlement.